donderdag 29 juli 2010

Vol verwachting...


Het was een heerlijke vakantie, maar soms heb je er van die dagen tussen die niet lopen, waar alles tegen blijkt te zitten. Auto tochten die je beter niet had moeten ondernemen, campings die niet aan het beeld voldoen. Zo zaten wij op een heerlijke camping, maar een mens heeft een planning in zijn hoofd, dit was voor ons een zgn“doorreis camping” om uiteindelijk in een mooi gebied in oost Duitsland te eindigen. We móesten verder naar een andere doorreis plek.
Via het ANWB camping boekje (heb je er één? gooi hem weg!) een prachtig omschreven camping opgezocht. “ Camping in de bossen met café! Wij hadden er zin in! De tocht was lang, bij aankomst zagen we al gelijk dat de meeste plaatsen, vaste plaatsen waren en de gammele stacaravans omgeven waren met halve schuttingen. “Dit vind ik dus helemaal niets!”zei de man misprijzend. De volgende optie was een camping aan een meertje met camperplaatsen op het strandje! Super, zo’n Bounty plek wilden wij wel. De tocht bleek door een bergachtig gebied. De man z’n ultimatum van “stoppen om half 4” was inmiddels ruim overschreden en dat liet hij merken ook met opmerkingen als “Dit vind ik dus niks he! Waar ligt die kutcamping ergens? Hij zal ook wel vol zijn, zul je zien!%*#&/**(héle lelijke woorden)”
Het was warm en onze toch luxe camper heeft geen airco alleen ARKO (alle ramen kunnen open). Eindelijk was daar ónze Bounty. En, ja er was plek! Bij dé plek aangekomen keek de man weer misprijzend terwijl de vrouw blij en opgetogen leek. De betaling moest geschiedden en wat bleek…..zowel de man als de vrouw hadden geen geld gepind. Er kwamen weer hele lelijke woorden uit de man z’n mond. “Kom we gaan, zei hij vastberaden, hier ga ik zoiezo niet staan!”En we lieten de camping beheerster met open mond achter.
Vervolgens maar weer de bergen in, en op zoek naar een pinapparaat. Na een lange warme tocht eindelijk gepind en met geld op zak richting het stadje Jena met een stadscamping. Onze Carmen, de tom tom, wees ons de weg tót het moment suprême, zo midden in de stad, op zoek naar de camping. Carmen zei dan “rij 100 meter"en vervolgens stonden wij voor een rotonde en haakte Carmen af. Ze ging denk ik een bakkie doen en ging op standje “doe het lekker zelf!”. Het is nog een wonder dat Carmen niet in één van de riviertjes van Jena is gedonderd, want zowel de man als ik, hadden hier sterk de neiging naar.
Aangekomen in de stadscamping van Jena bleek dit een gouden greep, een prachtige gezellige camping met een leuke stad op fietsafstand!
Het koude biertje en de rosé met ijs wurflen waren binnen handbereik! Er werd door de man weer in de handen gewreven en de vrouw liet een zucht, pffft hier blijven we 2dagen hoor…. op z’n minst!

Lekker warm he!


Een veel gehoorde kreet op vakantie, “Warm he”?! Dik over de 30 graden werd een dagelijks iets. En we klaagden niet…..maar als het zo heet is worden sommige zaken een hele klus. Trek maar es met je klamme lijf een Marlies Dekkers badpak aan met 28 touwtjes die op je rug horen te zitten en op maar één juiste manier over je hoofd kunnen. Alles plakt, het bovenstukje fungeert na een uurtje meer als waterreservoir dan waar die voor bedoelt is, “de borsten hoog houden”. Ik ben in staat van een 24 uur durende opvlieger en die van 2 minuten is al zo erg.
Ondanks de hitte gaan de man en ik een stukje fietsen, de man fietst alsof hij in de etappe van de Tour de France zit en zet bij het startschot gelijk een demarrage in die duurt tot het eindpunt. “Doe es ff rustig” sputter ik, we hebben vakantie hoor”.
Aangekomen in het stadje kijkt de man wat zorgelijk naar mijn gezicht en zegt “je moet niet meer zo met je gezicht in de zon schatje, je kop is helemaal verbrand”.
“Mijn kop is niet verbrand lieverd,(zeg ik geduldig) mijn kop staat op ontploffen omdat ik zo hard moest fietsen”. Als ik in een etalageruit mijzelf aanschouw, zie ik dat ik er niet uitzie. Een vuurrood hoofd, met natte randen onder mijn ogen van het zweet met daarboven kletsnat bezweet haar.
De make-up die ik s’morgens nog had opgebracht om mijzelf 10 jaar jonger te laten lijken is geheel vloeibaar geworden en vind zijn weg via mijn hals naar mijn borstputje en zo naar beneden. Het enigste voordeel van deze hitte is voor de man, want ik heb helemaal géén behoefte om de winkels in te gaan en dingen te gaan passen. Het terras blijkt voor ons de meest verkwikkende plek, en wel met een koud biertje, een stillers wasser (water zonder prik) en een rosé met ijs wurflen (blokjes in het Duits).
Het koken in de camper is een ware uitdaging, ik glibber achter het gasstel langs terwijl de spaghetti staat te koken. Wij hebben ook een buiten aansluiting voor een gasstel, maar er ontbreekt een aansluitstukje zo blijkt. De avonden zijn verrukkelijk, heerlijk aan de Bodensee met wat koele drankjes. Maar dan “het slapen”. De warmte in de camper is voor de man wel een negatieve bijkomstigheid want de vrouw geeft met regelmaat “aan mijn lijf geen polonaise”aan.
Rustig liggen, weinig bewegen is de enigste optie. Proberen te slapen… maar we doen eerst nog stiekem een klein schietgebedje “mag het ietsje koeler alstublieft?”

Ien